Adressierend auf niederländisch
Übersetzung: adressierend, Wörterbuch: deutsch » niederländisch
Eingangssprache:
deutsch
Zielsprache:
niederländisch
Übersetzungen:
adressering, aanpakken, Het aanpakken, Het aanpakken van, aanpakken van
- Wie sagt man adressierend auf niederländisch?
- Wie übersetzt man adressierend ins niederländische?
- Aussprache von adressierend (auf niederländisch)
- Was ist das niederländische Wort für adressierend?
Andere Sprachen
Verwandte Wörter / Bedeutung: adressierend
adressierend antonyme, adressierend auf albanisch, adressierend auf türkisch, adressierend bedeutung, adressierend grammatik, adressierend sprachwörterbuch niederländisch, adressierend auf niederländisch
Übersetzungen
- adressierbarkeit auf niederländisch - adresseerbaarheid, addressability, adreseerbaarheid, adresseervermogen, adreseerbaarheid van
- adressieren auf niederländisch - adres, redevoering, speech, oratie, adresseren, rede, toespraak, ...
- adressiert auf niederländisch - aangesproken, gericht, aangepakt, behandeld, gerichte
- adressierung auf niederländisch - adressering, aanpakken, het aanpakken, het aanpakken van, aanpakken van
Zufällige Wörter
Adressierend auf niederländisch - Wörterbuch: deutsch » niederländisch
Übersetzungen: adressering, aanpakken, Het aanpakken, Het aanpakken van, aanpakken van
Übersetzungen: adressering, aanpakken, Het aanpakken, Het aanpakken van, aanpakken van