Deducing in dutch
Translation: deducing, Dictionary: english » dutch
Source language:
english
Target language:
dutch
Translations:
afleiden, afleiden van, het afleiden, af te leiden, het afleiden van
Other Languages
Related words: deducing
deducing language dictionary dutch, deducing in dutch
Translations
- deduced in dutch - afgeleide, gededuceerde, de afgeleide, daaruit afgeleide, afgeleidde
- deduces in dutch - afleidt, leidt hieruit af, concludeert, leidt daaruit af, leidt hieruit
- deduct in dutch - wegnemen, ritsen, aftrekken, rissen, afhalen, aftrek, aftrek van, ...
- deducted in dutch - afgetrokken, ingehouden, aftrek gebrachte, in aftrek gebrachte, transactiecommissie die het fonds
Random words
Deducing in dutch - Dictionary: english » dutch
Translations: afleiden, afleiden van, het afleiden, af te leiden, het afleiden van
Translations: afleiden, afleiden van, het afleiden, af te leiden, het afleiden van