Normalcy in dutch
Translation: normalcy, Dictionary: english » dutch
Source language:
english
Target language:
dutch
Translations:
normaliteit, normale toestand, de normaliteit, normale situatie
Other Languages
Related words: normalcy
return to normalcy, definition normalcy, normalcy bias, normalcy harding, what was normalcy, normalcy language dictionary dutch, normalcy in dutch
Translations
- norm in dutch - standaardmaat, norm, regel, gemiddelde, gemiddeld
- normal in dutch - normaal, normale, de normale, gewone, een normale
- normalisation in dutch - normalisatie, normalisering, normaliseren, de normalisatie, de normalisering
- normalised in dutch - genormaliseerde, genormaliseerd, genormeerde, de genormaliseerde
Random words
Normalcy in dutch - Dictionary: english » dutch
Translations: normaliteit, normale toestand, de normaliteit, normale situatie
Translations: normaliteit, normale toestand, de normaliteit, normale situatie