Sufficed in dutch
Translation: sufficed, Dictionary: english » dutch
Source language:
english
Target language:
dutch
Translations:
volstond, voldoende, volstaan, voldoende was, was voldoende
Other Languages
Related words: sufficed
would have sufficed, sufficed definition, sufficed language dictionary dutch, sufficed in dutch
Translations
- suffers in dutch - lijdt, bloot staat
- suffice in dutch - voldoen, toereiken, volstaan, voldoende, volstaat, voldoende zijn, volstaan met
- suffices in dutch - volstaat, volstaan, worden volstaan
- sufficiency in dutch - voldoende hoeveelheid, toereikendheid, voldoende, genoegzaamheid, de toereikendheid
Random words
Sufficed in dutch - Dictionary: english » dutch
Translations: volstond, voldoende, volstaan, voldoende was, was voldoende
Translations: volstond, voldoende, volstaan, voldoende was, was voldoende