Appellation en néerlandais

Traduction: appellation, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
term, roepen, noemen, vakterm, benaming, naamwoord, naam, uitdrukking, benoemen, heten, aanduiding, appellatie
Appellation en néerlandais
Mots associés
Autres langues

Mots associés / Définition (def): appellation

appellation antonymes, appellation aoc, appellation beaujolais, appellation bordeaux, appellation bourgogne, appellation dictionnaire de langue néerlandais, appellation en néerlandais

Traductions

  • appeler en néerlandais - produceren, aanbieding, uitvoeren, aanstoken, tarten, aanroepen, roepen, ...
  • appelez en néerlandais - schreeuw, benoemen, roepen, noemen, heten, opbellen, kreet, ...
  • appellent en néerlandais - roepen, schreeuw, kreet, heten, noemen, benoemen, roep, ...
  • appelons en néerlandais - kreet, opbellen, noemen, benoemen, schreeuw, roepen, roep, ...
Mots aléatoires
Appellation en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: term, roepen, noemen, vakterm, benaming, naamwoord, naam, uitdrukking, benoemen, heten, aanduiding, appellatie