Empocha en néerlandais
Traduction: empocha, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
gepot, pocketed, in vakken, vakken geplaatste, gescoorde
Autres langues
Mots associés / Définition (def): empocha
empocha antonymes, empocha grammaire, empocha mots croisés, empocha signification, synonyme de empocha, empocha dictionnaire de langue néerlandais, empocha en néerlandais
Traductions
- emplumer en néerlandais - pluim, pen, bevederen, fledge, uitvliegen, breng groot, verlaten het nest
- emplâtre en néerlandais - pleister, aanstrijken, kalken, gips, lap, stuk, stukje, ...
- empochai en néerlandais - gepot, pocketed, in vakken, vakken geplaatste, gescoorde
- empochant en néerlandais - zakkenrollen, zakkenrollerij, pocketing, zakvoering, zakkenrollers
Mots aléatoires
Empocha en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: gepot, pocketed, in vakken, vakken geplaatste, gescoorde
Traductions: gepot, pocketed, in vakken, vakken geplaatste, gescoorde