Fausser en néerlandais
Traduction: fausser, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
draaien, curve, nabootsing, keren, vervalsen, wijzigen, smeden, wentelen, kronkelen, medicus, verbuigen, zwenken, omkeren, veranderen, dokter, geneesheer, verdraaien, verstoren, vervormen, vervalst
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): fausser
causer def, fausser antonymes, fausser compagnie, fausser en anglais, fausser grammaire, fausser dictionnaire de langue néerlandais, fausser en néerlandais
Traductions
- faussaire en néerlandais - vervalser, fraudeur, falsaris, forger
- faussement en néerlandais - vals, onjuist, ten onrechte, valselijk, onrechte
- fausset en néerlandais - falset, falsetstem, falsetto, kopstem
- fausseté en néerlandais - onwaarheid, leugen, valsheid, onjuistheid, het valse, falsity
Mots aléatoires
Fausser en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: draaien, curve, nabootsing, keren, vervalsen, wijzigen, smeden, wentelen, kronkelen, medicus, verbuigen, zwenken, omkeren, veranderen, dokter, geneesheer, verdraaien, verstoren, vervormen, vervalst
Traductions: draaien, curve, nabootsing, keren, vervalsen, wijzigen, smeden, wentelen, kronkelen, medicus, verbuigen, zwenken, omkeren, veranderen, dokter, geneesheer, verdraaien, verstoren, vervormen, vervalst