Garde en néerlandais
Traduction: garde, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
wachter, zorgvuldigheid, blikken, oppasser, hoede, administreren, examen, bekommernis, nagaan, horloge, schoolexamen, polshorloge, arrest, voogdijschap, toezien, mennen, bewaker, wacht, guard
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): garde
chiens de garde, garde alternée, garde animaux, garde antonymes, garde corps, garde dictionnaire de langue néerlandais, garde en néerlandais
Traductions
- gardai en néerlandais - bewaard, gehouden, hield, bijgehouden, bleef
- gardant en néerlandais - voogdijschap, bewaring, hoede, houden, bijhouden, boekhouding
- garde-boue en néerlandais - spatscherm, spatbord, slijkbord, mudguard, spatborden, het spatbord, voorspatbord
- garde-chasse en néerlandais - bewaarder, houder, oppasser, keeper, doelman confronteren
Mots aléatoires
Garde en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: wachter, zorgvuldigheid, blikken, oppasser, hoede, administreren, examen, bekommernis, nagaan, horloge, schoolexamen, polshorloge, arrest, voogdijschap, toezien, mennen, bewaker, wacht, guard
Traductions: wachter, zorgvuldigheid, blikken, oppasser, hoede, administreren, examen, bekommernis, nagaan, horloge, schoolexamen, polshorloge, arrest, voogdijschap, toezien, mennen, bewaker, wacht, guard