Przewodzić in het nederlands

Vertaling: przewodzić, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
voeren, brengen, rondleiden, gedrag, houding, manieren, geleiden, dirigeren, besturen, richten, lood, mennen, wandel, leiden, leidt, tot, te leiden
Przewodzić in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • centralista in het nederlands - centralistische, centralistisch, centralist, centralisme
  • napój in het nederlands - drankje, alcohol, pa, pis, zuipen, besproeien, papa, ...
  • okupacyjny in het nederlands - bezetting, bewoning, bezigheid, beroep, bezetting van
  • poniszczyć in het nederlands - vernielen, vernietigen, verwoesten, afbreken, verdelgen, te vernietigen
Willekeurige woorden
Przewodzić in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: voeren, brengen, rondleiden, gedrag, houding, manieren, geleiden, dirigeren, besturen, richten, lood, mennen, wandel, leiden, leidt, tot, te leiden