Traer in het nederlands

Vertaling: traer, Woordenboek: spaans » nederlands

Brontaal:
spaans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
transport, aanvoeren, afschaffen, kleding, opeisen, vervoer, afzetten, kiezen, overbrengen, halen, vorderen, dragen, uitpikken, verwijderen, toelaten, bekleden, brengen, meebrengen, te brengen, breng, doen
Traer in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • traducir in het nederlands - interpreteren, uitleggen, tolken, uitspreken, duiden, overbrengen, uiten, ...
  • traductor in het nederlands - vertaler, tolk, vertolker, Vertaler Vertalen
  • traficante in het nederlands - koopman, handelaar, wederverkoper, mensenhandelaar, trafficker, mensenhandelaars, drugshandelaar
  • traficar in het nederlands - bedenken, rondleiden, ronddelen, besturen, overwegen, geleiden, richten, ...
Willekeurige woorden
Traer in het nederlands - Woordenboek: spaans » nederlands
Vertalingen: transport, aanvoeren, afschaffen, kleding, opeisen, vervoer, afzetten, kiezen, overbrengen, halen, vorderen, dragen, uitpikken, verwijderen, toelaten, bekleden, brengen, meebrengen, te brengen, breng, doen