Woord: bewonen
Categorie: bewonen
Onroerend goed
Verwante woorden: bewonen
bewonen antoniemen, bewonen bedrijfspand, bewonen betekenis, bewonen bijgebouw, bewonen grammatica, bewonen leegstaande panden, bewonen letters, bewonen op grond van een zakelijk recht, bewonen puzzelwoord, bewonen recreatiewoning, bewonen synoniem, bewonen vakantiehuis, bewonen vervoegen, bewoner engels
Synoniem: bewonen
bezetten, innemen, in beslag nemen, bekleden, bezighouden, verblijven, wonen, bevolken
Puzzelwoord: bewonen
Puzzelwoord - Statistieken:
Aantal letters - bewonen: 7
Aantal medeklinkers: 4
Aantal klinkers: 3
Aantal letters - bewonen: 7
Aantal medeklinkers: 4
Aantal klinkers: 3
Vertalingen: bewonen
Woordenboek:
engels
Vertalingen:
occupy, inhabit, populate, live, live in
Woordenboek:
spaans
Vertalingen:
habitar, ocupar, habitan, habitar en, habitan en, habitarán
Woordenboek:
duits
Vertalingen:
einfallen, dauern, bewohnen, leben, bevölkern
Woordenboek:
frans
Vertalingen:
occupons, envahir, percevoir, occuper, occupent, occupez, habiter, préoccuper, prendre, habitent, ...
Woordenboek:
italiaans
Vertalingen:
occupare, abitare, abitano, abiteranno, abitare in
Woordenboek:
portugees
Vertalingen:
preencher, ocupar, ocupação, encher, habitar, habitam, habitamos, habita, vivem
Woordenboek:
russisch
Vertalingen:
занимать, завладеть, захватывать, возгореться, завладевать, оккупировать, занять, загореться, увлекать, заполнять, ...
Woordenboek:
noors
Vertalingen:
oppta, bebo, bebor, bor, lever, bor i
Woordenboek:
zweeds
Vertalingen:
besätta, sysselsätta, bebor, lever, bebo, bor, lever i
Woordenboek:
fins
Vertalingen:
täyttää, liikuttaa, varata, miehittää, asuttavat, elävät, asuvat, asuu, asua
Woordenboek:
deens
Vertalingen:
bebor, bebo, lever, bor, lever i
Woordenboek:
tsjechisch
Vertalingen:
obsadit, zaujímat, napadnout, zabírat, zaneprázdnit, obývat, zaměstnávat, zaujmout, obsazovat, zabrat, ...
Woordenboek:
pools
Vertalingen:
zamieszkiwać, zajmować, okupować, zamieszkać, zamieszkują, zamieszkuje, zamieszkujących
Woordenboek:
hongaars
Vertalingen:
lakják, élnek, él, laknak, lakik
Woordenboek:
turks
Vertalingen:
yaşamak, yaşayan, yaşamaktadır, yaşadığımız, yaşadığı
Woordenboek:
grieks
Vertalingen:
καταλαμβάνω, κατοικώ, κατοικούν, κατοικήσουν, ζουν, κατοικούν σε
Woordenboek:
oekraïens
Vertalingen:
заволодівати, захопити, захоплювати, орендувати, жити, жить, житиме
Woordenboek:
albanees
Vertalingen:
zë, jetoj, banojnë, të banojnë, banojnë në, të banojnë në
Woordenboek:
bulgaars
Vertalingen:
засладете, обитавам, обитават, обитава, населяват, живеят в
Woordenboek:
wit-russisch
Vertalingen:
жыць
Woordenboek:
ests
Vertalingen:
okupeerima, hõlvama, elama, asustama, elavad, elame, asustavad
Woordenboek:
kroatisch
Vertalingen:
okupirati, ispunjavati, zauzimati, stanovati, živjeti, nastaniti, nastanjuju, obitava
Woordenboek:
ijslands
Vertalingen:
búa, búa í, býr, búi, inhabit
Woordenboek:
litouws
Vertalingen:
gyventi, gyvena, gyvename, gyvens, apsigyvena
Woordenboek:
lets
Vertalingen:
apdzīvot, apdzīvo, mīt, apdzīvojam, dzīvošanai
Woordenboek:
macedonisch
Vertalingen:
населуваат, населат, живеат, се населуваат, живеат во
Woordenboek:
roemeens
Vertalingen:
ocupa, locui în, locuiesc, locui, locuiască, populează
Woordenboek:
sloveens
Vertalingen:
obsadit, naseljujejo, živijo, naselijo, naseljuje, bivajo
Woordenboek:
slovaaks
Vertalingen:
obývať, užívať, bývať, obývat, ale obývať
Populariteit statistieken: bewonen
Willekeurige woorden