Week in het portugees
Vertaling: week, Woordenboek: nederlands » portugees
Brontaal:
nederlands
Doeltaal:
portugees
Vertalingen:
macio, suave, sófia, fofo, meigo, brando, semana, ameno, doce, por semana, a semana, semanas
Verwante woorden
Andere Talen
Verwante woorden: week
afvallen, de week, fashion week, lidl, top 40, week talen woordenboek portugees, week in het portugees
Vertalingen
- weefsel in het portugees - conto, estudar, fabrica, materiais, tela, estudo, substância, ...
- weegschaal in het portugees - balancear, balançar, equilibrar, a, contrapeso, abalançar, escala, ...
- weekheid in het portugees - suavidade, maciez, softness, macieza, doçura
- weeklagen in het portugees - lamento, lastimar, cordeiro, lamentar, vagão, lamentação, lamentam, ...
Willekeurige woorden
Week in het portugees - Woordenboek: nederlands » portugees
Vertalingen: macio, suave, sófia, fofo, meigo, brando, semana, ameno, doce, por semana, a semana, semanas
Vertalingen: macio, suave, sófia, fofo, meigo, brando, semana, ameno, doce, por semana, a semana, semanas