Woord: wonen

Categorie: wonen

Huis en tuin, Onroerend goed, Bedrijven en industrie

Verwante woorden: wonen

actys wonen, antikraak wonen, begeleid wonen, beter wonen, direct wonen, dudok wonen, haag wonen, kleurrijk wonen, klik voor wonen, landelijk wonen, nu wonen, op jezelf wonen, pronto, pronto wonen, vt wonen, wonen aan het water, wonen antoniemen, wonen en co, wonen engels, wonen grammatica, wonen in altena, wonen in duitsland, wonen landelijke stijl, wonen letters, wonen limburg, wonen met lef, wonen puzzelwoord, wonen synoniem, wonen xl, wonen zuid, wonenbreburg

Synoniem: wonen

naar huis gaan, huisvesten, houden, blijven, bewaren, behouden, aanhouden, leven, bestaan, resideren, gevestigd zijn, huizen, verblijven, toeven, vertoeven, logeren, zich houden aan, verdragen, blijven bij, verblijf houden, herbergen, onder dak brengen, binnenhalen, indienen, logies verschaffen, bevatten, zetelen, berusten, bewonen

Puzzelwoord: wonen

Puzzelwoord - Statistieken:
Aantal letters - wonen: 5
Aantal medeklinkers: 3
Aantal klinkers: 2

Vertalingen: wonen

Woordenboek:
engels
Vertalingen:
live, inhabit, dwell, shack, reside, people, home, stay
Woordenboek:
spaans
Vertalingen:
vivir, viviente, morar, mundo, habitar, poblar, casucha, cabaña, choza, subsistir, ...
Woordenboek:
duits
Vertalingen:
federnd, schuppen, verweilzeit, wohnen, lebendig, leute, bevölkern, baracke, volk, aktive, ...
Woordenboek:
frans
Vertalingen:
population, gens, vif, cabane, taudis, rester, demeurer, sémillant, vivez, habitons, ...
Woordenboek:
italiaans
Vertalingen:
capanna, popolo, campare, risiedere, baracca, vivere, gente, nazione, dimorare, volgo, ...
Woordenboek:
portugees
Vertalingen:
sexo, habitar, viver, indignar, choça, pensão, nação, gente, enfurecer, vivo, ...
Woordenboek:
russisch
Vertalingen:
живой, пребывать, проживать, отжить, реальный, останавливаться, переменный, прихожанин, пожить, хата, ...
Woordenboek:
noors
Vertalingen:
leve, dvele, bebo, levende, folk, hytte, brakke, bo, lever, bor, ...
Woordenboek:
zweeds
Vertalingen:
residera, levande, bebo, skjul, kåk, vistas, leva, livlig, bo, folk, ...
Woordenboek:
fins
Vertalingen:
ilmielävä, hökkeli, kansoittaa, elollinen, elää, kansa, majailla, asua, jengi, eloisa, ...
Woordenboek:
deens
Vertalingen:
hytte, folk, bo, leve, lever, bor, levende
Woordenboek:
tsjechisch
Vertalingen:
zdržet, lid, obyvatelstvo, meškat, prožít, bouda, zalidnit, barák, sídlit, národ, ...
Woordenboek:
pools
Vertalingen:
rudera, znajdować, ruchomy, chałupa, przebywać, żyć, ludzie, rezydować, aktualny, zatrzymać, ...
Woordenboek:
hongaars
Vertalingen:
kaliba, alkalmazottak, alárendeltek, munkások, rokonok, él, élő, élni, élnek
Woordenboek:
turks
Vertalingen:
insanlar, sağ, diri, yaşamak, halk, oturmak, canlı, il, kulübe, yaşayan, ...
Woordenboek:
grieks
Vertalingen:
άνθρωπος, κόσμος, άνθρωποι, διαμένω, κατοικώ, μένω, ζωντανός, ζω, ζουν, ζήσουν, ...
Woordenboek:
oekraïens
Vertalingen:
люди, годний, годен, хатина, народ, придатний, мешкати, переставити, халупа, проживати, ...
Woordenboek:
albanees
Vertalingen:
jetoj, veta, njerëzi, banoj, rroj, popull, jetojnë, jetuar, të jetuar, të jetojnë
Woordenboek:
bulgaars
Vertalingen:
пробиват, живея, живеят, живее, живеем, живеете
Woordenboek:
wit-russisch
Vertalingen:
жыць
Woordenboek:
ests
Vertalingen:
elama, asuma, elunema, asustama, inimesed, lähtuma, liipama, rahvas, elada, elavad, ...
Woordenboek:
kroatisch
Vertalingen:
čovjek, stanovati, rođaci, koliba, ljude, živahan, aktivan, ljudima, živi, rodbina, ...
Woordenboek:
ijslands
Vertalingen:
byggja, fólk, lifa, almenningur, búa, þjóð, dvelja, lifandi, lifað, býrð
Woordenboek:
latijn
Vertalingen:
populus, casa, habito, natio
Woordenboek:
litouws
Vertalingen:
būti, gyventi, žmonės, sustoti, gyvas, lūšna, gyvena, gyvenate, gyvename, gyvenu
Woordenboek:
lets
Vertalingen:
cilvēki, valkāties, dzīvot, būda, ļaudis, eksistēt, saglabāties, pietikt, dzīvo, dzīvojam, ...
Woordenboek:
macedonisch
Vertalingen:
луѓето, колибата, во живо, живеат, да живее, живее, живееме
Woordenboek:
roemeens
Vertalingen:
locui, colibă, oameni, neam, viu, lume, popor, trăi, trăiesc, trăiască, ...
Woordenboek:
sloveens
Vertalingen:
živ, ljudje, žít, stanovati, národ, živeti, živo, živijo, živi, živimo
Woordenboek:
slovaaks
Vertalingen:
chata, žiť, lidi, ľudia, žít, bývať, národ, obývať, živý, lid

Populariteit statistieken: wonen

Meest gezocht door steden

Sittard, Geleen, Roermond, Vlaardingen, Breda

Meest gezocht door regios

Limburg, Overijssel, Zuid-Holland, Gelderland, Noord-Brabant

Willekeurige woorden