Насiць на галандскай
Пераклад: насiць, Слоўнік: беларуская » галандская
Зыходная мова:
беларуская
Мова перакладу:
галандская
Пераклады:
hebben, opleveren, halen, dragen, ondergaan, velen, genieten, lijden, toucheren, aangeven, opvangen, krijgen, brengen, aannemen, voortbrengen, regelen, slijtage, slijten, te dragen, draag
Словы з сходным значэннем
Іншыя мовы
Словы з сходным значэннем: насiць
насиць и несцi беларускае, насiць слоўнік мовы галандская, насiць на галандскай
Пераклады
- навальнiца на галандскай - storm, stormwind, onweer, de storm, stormen, bui
- нага на галандскай - been, voet, gewas, poten, fabriek, infanterie, voetvolk, ...
- научаць на галандскай - instrueren, afwennen, afleren, onderwijzen, leren, doceren, te leren, ...
- начынаць на галандскай - ingaan, begin, aanbreken, ontstaan, ontvangen, aanvang, verwekken, ...
Выпадковыя словы
Насiць на галандскай - Слоўнік: беларуская » галандская
Пераклады: hebben, opleveren, halen, dragen, ondergaan, velen, genieten, lijden, toucheren, aangeven, opvangen, krijgen, brengen, aannemen, voortbrengen, regelen, slijtage, slijten, te dragen, draag
Пераклады: hebben, opleveren, halen, dragen, ondergaan, velen, genieten, lijden, toucheren, aangeven, opvangen, krijgen, brengen, aannemen, voortbrengen, regelen, slijtage, slijten, te dragen, draag