Abzug auf niederländisch
Übersetzung: abzug, Wörterbuch: deutsch » niederländisch
Eingangssprache:
deutsch
Zielsprache:
niederländisch
Übersetzungen:
vertrek, korting, uitgang, ontsnapping, uitweg, vulkaan, stortplaats, ontsnappen, afrit, trekker, rabat, gevolgtrekking, uittocht, afvaart, ontvluchten, ontkomen, aftrek, inhouding, vermindering, deductie
- Wie sagt man abzug auf niederländisch?
- Wie übersetzt man abzug ins niederländische?
- Aussprache von abzug (auf niederländisch)
- Was ist das niederländische Wort für abzug?
Verwandte Wörter
Andere Sprachen
Verwandte Wörter / Bedeutung: abzug
abzug afghanistan, abzug am gewehr, abzug antonyme, abzug auf albanisch, abzug auf türkisch, abzug sprachwörterbuch niederländisch, abzug auf niederländisch
Übersetzungen
- abzielen auf niederländisch - bedienen, doel, bedoeling, streven, doelstelling, teneinde
- abzielend auf niederländisch - Mikken, Streven, Richten, gericht, Het streven
- abzugsbügel auf niederländisch - trekker, leveren, te leveren, afleveren, levert, brengen
- abzugsfähig auf niederländisch - aftrekbaar, aftrekbare, aftrekbaar zijn, verrekenbare, eigen risico
Zufällige Wörter
Abzug auf niederländisch - Wörterbuch: deutsch » niederländisch
Übersetzungen: vertrek, korting, uitgang, ontsnapping, uitweg, vulkaan, stortplaats, ontsnappen, afrit, trekker, rabat, gevolgtrekking, uittocht, afvaart, ontvluchten, ontkomen, aftrek, inhouding, vermindering, deductie
Übersetzungen: vertrek, korting, uitgang, ontsnapping, uitweg, vulkaan, stortplaats, ontsnappen, afrit, trekker, rabat, gevolgtrekking, uittocht, afvaart, ontvluchten, ontkomen, aftrek, inhouding, vermindering, deductie