Akzeptieren auf niederländisch

Übersetzung: akzeptieren, Wörterbuch: deutsch » niederländisch

Eingangssprache:
deutsch
Zielsprache:
niederländisch
Übersetzungen:
behoren, bezighouden, toegeven, toelaten, ontvangen, opheffen, toucheren, bezorgen, opeisen, erkennen, opvangen, rekenen, achten, wegdoen, dienen, uitpikken, accepteren, aanvaarden, te accepteren, te aanvaarden, aanvaardt
Akzeptieren auf niederländisch
  • Wie sagt man akzeptieren auf niederländisch?
  • Wie übersetzt man akzeptieren ins niederländische?
  • Aussprache von akzeptieren (auf niederländisch)
  • Was ist das niederländische Wort für akzeptieren?
Verwandte Wörter
Andere Sprachen

Verwandte Wörter / Bedeutung: akzeptieren

agb akzeptieren, akzeptanz, akzeptieren antonyme, akzeptieren auf albanisch, akzeptieren auf türkisch, akzeptieren sprachwörterbuch niederländisch, akzeptieren auf niederländisch

Übersetzungen

  • akzeptabel auf niederländisch - aanvaardbaar, acceptabel, geldig, aannemelijk, aanvaardbare, acceptabele, aanvaardbaar is
  • akzeptanz auf niederländisch - aanneming, aanvaarding, toelating, geloof, opname, onthaal, ontvangst, ...
  • akzeptierend auf niederländisch - het accepteren, het aanvaarden, aanvaarden van, het aanvaarden van, accepteren van
  • akzeptiert auf niederländisch - aanvaard, Geaccepteerde, aanvaarde, geaccepteerd, Accepted
Zufällige Wörter
Akzeptieren auf niederländisch - Wörterbuch: deutsch » niederländisch
Übersetzungen: behoren, bezighouden, toegeven, toelaten, ontvangen, opheffen, toucheren, bezorgen, opeisen, erkennen, opvangen, rekenen, achten, wegdoen, dienen, uitpikken, accepteren, aanvaarden, te accepteren, te aanvaarden, aanvaardt