Anliegen auf niederländisch
Übersetzung: anliegen, Wörterbuch: deutsch » niederländisch
Eingangssprache:
deutsch
Zielsprache:
niederländisch
Übersetzungen:
geding, zorgvuldigheid, beleggen, belang, ding, aangelegenheid, veldtocht, zorg, doen, proces, bekommernis, aanrichten, houden, stichten, affaire, reden, verzoek, aanvraag, verzoek van, vraag, verzoeken
- Wie sagt man anliegen auf niederländisch?
- Wie übersetzt man anliegen ins niederländische?
- Aussprache von anliegen (auf niederländisch)
- Was ist das niederländische Wort für anliegen?
Verwandte Wörter
Andere Sprachen
Verwandte Wörter / Bedeutung: anliegen
anliegen antonyme, anliegen auf albanisch, anliegen auf türkisch, anliegen bedeutung, anliegen bonn, anliegen sprachwörterbuch niederländisch, anliegen auf niederländisch
Übersetzungen
- anlernen auf niederländisch - gevolg, tros, kampeerwagen, coachen, opleiden, trainen, spoortrein, ...
- anlieferung auf niederländisch - aflevering, inlevering, levering, bezorging, bevalling, de levering
- anliegend auf niederländisch - adaptatie, betamelijk, modificatie, bewerking, behoorlijk, fatsoenlijk, aanpassing, ...
- anlieger auf niederländisch - buurman, buur, buurvrouw, naaste, buren
Zufällige Wörter
Anliegen auf niederländisch - Wörterbuch: deutsch » niederländisch
Übersetzungen: geding, zorgvuldigheid, beleggen, belang, ding, aangelegenheid, veldtocht, zorg, doen, proces, bekommernis, aanrichten, houden, stichten, affaire, reden, verzoek, aanvraag, verzoek van, vraag, verzoeken
Übersetzungen: geding, zorgvuldigheid, beleggen, belang, ding, aangelegenheid, veldtocht, zorg, doen, proces, bekommernis, aanrichten, houden, stichten, affaire, reden, verzoek, aanvraag, verzoek van, vraag, verzoeken