Verminderen in english

Translation: verminderen, Dictionary: dutch » english

Source language:
dutch
Target language:
english
Translations:
diminish, trim, lessen, decrease, reduce, shrink, decline, to reduce, reducing, reduction
Verminderen in english
Related words

Synonyms & Translations: verminderen

fall
  • vallen
  • dalen
  • neervallen
  • afvallen
  • afdalen
  • verminderen
abate
  • verminderen
  • afnemen
  • verlagen
  • verzwakken
  • verzachten
  • bedaren
allay
  • verminderen
  • verzachten
  • verlichten
  • tot bedaren brengen
  • doen bedaren
  • stillen
alloy
  • legeren
  • mengen
  • verminderen
  • temperen
lower
  • verlagen
  • zakken
  • verminderen
  • laten zakken
  • neerlaten
  • nederlaten
remit
  • overmaken
  • kwijtschelden
  • vrijstellen
  • annuleren
  • opheffen
  • verminderen
scant
  • bekrimpen
  • verminderen
  • krap houden
  • karig toemeten
shave
  • scheren
  • afscheren
  • zich scheren
  • schaven
  • snijden
  • verminderen
lessen
  • verminderen
  • verkleinen
  • inkorten
  • kleiner worden
  • afnemen
  • doen afnemen
rebate
  • korten
  • afslaan
  • verminderen
  • verzwakken
  • aftrekken
reduce
  • verminderen
  • verkleinen
  • reduceren
  • inkrimpen
  • klein krijgen
  • herleiden
shrink
  • krimpen
  • slinken
  • ineenkrimpen
  • verminderen
  • verschrompelen
  • ineenkronkelen
abridge
  • verkorten
  • bekorten
  • beknotten
  • begrenzen
  • besnoeien
  • verminderen
curtail
  • beperken
  • korten
  • verkorten
  • inkorten
  • verminderen
  • besnoeien
deflate
  • lucht uitlaten
  • deflatie veroorzaken
  • verminderen
degrade
  • degraderen
  • doen ontaarden
  • verminderen
  • verlagen
deplete
  • uitputten
  • verminderen
dwindle
  • afnemen
  • achteruitgaan
  • verminderen
  • inkrimpen
  • minder worden
go easy
  • verkleinen
  • verminderen
run low
  • leegraken
  • afnemen
  • verminderen
shorten
  • verkorten
  • inkorten
  • bekorten
  • afkorten
  • korter maken
  • verminderen
slacken
  • slap worden
  • doen verslappen
  • vertragen
  • verminderen
  • verflauwen
  • afnemen
decrease
  • verlagen
  • afnemen
  • verminderen
  • afdraaien
diminish
  • verminderen
  • afnemen
  • verkleinen
extenuate
  • verzachten
  • vergoelijken
  • verminderen
narrow down
  • verminderen
  • in het nauw drijven
  • nauwer worden
  • minderen

Translations

  • vermetelheid in english - nerve, cheek, face, audacity, brass, boldness, temerity, ...
  • vermijden in english - evade, avoid, to avoid, avoiding, prevent, avoided
  • vermindering in english - suspension, reprieve, abatement, respite, decrease, reducing, diminution, ...
  • verminkt in english - infirm, maimed
Random words
Verminderen in english - Dictionary: dutch » english
Translations: diminish, trim, lessen, decrease, reduce, shrink, decline, to reduce, reducing, reduction