Convenience in dutch

Translation: convenience, Dictionary: english » dutch

Source language:
english
Target language:
dutch
Translations:
gemak, toestel, apparaat, gerief, het gemak, comfort, gebruiksgemak
Convenience in dutch
Related words
Other Languages

Related words: convenience

convenience bank, first convenience, first convenience bank, convenience store, convenience stores, convenience language dictionary dutch, convenience in dutch

Translations

  • convener in dutch - convocant, bijeenroept, platform bijeenroept, de bijeenroeping
  • convenes in dutch - bijeenroept, roept, bijeen, bijeenkomt, vergadert
  • conveniences in dutch - gemakken, voorzieningen, gerief, gemakken die, faciliteiten
  • convenient in dutch - gepast, gemakkelijk, geschikt, passend, doelmatig
Random words
Convenience in dutch - Dictionary: english » dutch
Translations: gemak, toestel, apparaat, gerief, het gemak, comfort, gebruiksgemak