Eventuation in dutch
Translation: eventuation, Dictionary: english » dutch
Source language:
english
Target language:
dutch
Translations:
resultering
Other Languages
Related words: eventuation
eventuation language dictionary dutch, eventuation in dutch
Translations
- eventuate in dutch - uitlopen, eventuate niet, aflopen
- eventuating in dutch - daartoe leidende, dat resulteerde, die tenslotte
- ever in dutch - ooit, eens, immer, steeds, altijd, eenmaal
- ever-present in dutch - altijd aanwezige, immer aanwezige, altijd aanwezig, alomtegenwoordige, steeds aanwezige
Random words
Eventuation in dutch - Dictionary: english » dutch
Translations: resultering
Translations: resultering