One-half in dutch
Translation: one-half, Dictionary: english » dutch
Source language:
english
Target language:
dutch
Translations:
een helft, de helft, helft, een half, een halve
Other Languages
Related words: one-half
what is one-half, one-half inch, one-half hour, one-half language dictionary dutch, one-half in dutch
Translations
- one-eyed in dutch - eenogig, eenogige, één oog, éénogige, eenoog
- one-fourth in dutch - een vierde, een kwart, eenvierde, een kwart van, een vierde wordt
- one-handed in dutch - one-, één, in één, van één
- one-horse in dutch - met één paard, armoedig, derderangs
Random words
One-half in dutch - Dictionary: english » dutch
Translations: een helft, de helft, helft, een half, een halve
Translations: een helft, de helft, helft, een half, een halve