Prick in dutch

Translation: prick, Dictionary: english » dutch

Source language:
english
Target language:
dutch
Translations:
steken, snikkel, leuter, jongeheer, prikken, pik, schram
Prick in dutch
Related words
Other Languages

Related words: prick

a prick, you prick, finger prick, prick test, prick definition, prick language dictionary dutch, prick in dutch

Translations

  • pricey in dutch - prijzig, duur, prijzige, dure
  • pricing in dutch - prijsstelling, prijzen, prijszetting, prijsvorming
  • pricking in dutch - prikken, te prikken, prik, prikkende, Steeksamenstel
  • prickle in dutch - spin, stekel, doorn, wervelkolom, prikkelen, prikkel, tintelen
Random words
Prick in dutch - Dictionary: english » dutch
Translations: steken, snikkel, leuter, jongeheer, prikken, pik, schram