Reflect in dutch
Translation: reflect, Dictionary: english » dutch
Source language:
english
Target language:
dutch
Translations:
afspiegelen, reflecteren, weerspiegelen, bedenken, weerkaatsen, terugkaatsen, spiegelen, nadenken, afspiegeling, weer te geven
Related words
Other Languages
Related words: reflect
to reflect, reflect on, how to reflect, macrium, macrium reflect, reflect language dictionary dutch, reflect in dutch
Translations
- refitted in dutch - teruggeplaatst, omgebouwd, herplaatst
- refitting in dutch - herinrichting, ombouwen, INBOUWEN, HERMONTAGE, DE HERMONTAGE
- reflectance in dutch - reflectie, reflectievermogen, reflectiecoëfficiënt, reflectiecoëfficiëntswaarde, weerkaatsing
- reflected in dutch - weerspiegeld, gereflecteerd, weerspiegelde, gereflecteerde, weerspiegelt
Random words
Reflect in dutch - Dictionary: english » dutch
Translations: afspiegelen, reflecteren, weerspiegelen, bedenken, weerkaatsen, terugkaatsen, spiegelen, nadenken, afspiegeling, weer te geven
Translations: afspiegelen, reflecteren, weerspiegelen, bedenken, weerkaatsen, terugkaatsen, spiegelen, nadenken, afspiegeling, weer te geven