Cultivar en holandés
traducción: cultivar, diccionario: español » holandés
lenguaje fuente:
español
lengua objetivo:
holandés
Traducciones:
gebeuren, bebouwen, toegaan, ophalen, opvoeden, beuren, kas, opfokken, fonds, oprichten, aangroeien, beschaven, fokken, geldkist, heffen, kweken, groeien, telen, te groeien, groeit, laten groeien
Palabras relacionadas
otros Idiomas
Palabras relacionadas: cultivar
cultivar setas, cultivar cebollas, cultivar pimientos, cultivar berenjenas, cultivar trufas, cultivar diccionario de idioma holandés, cultivar en holandés
Traducciones
- culpar en holandés - aanbrengen, aanrekenen, aanklagen, betichten, toedichten, toeschrijven, schuld, ...
- cultivado en holandés - bewerkt, gecultiveerd, gekweekt, geteeld, gecultiveerde
- cultivo en holandés - bewerking, gewas, opbrengst, verbouwing, cultuur, oogst, bebouwing, ...
- culto en holandés - verafgoden, geleerd, cultus, adoreren, vereren, ontwikkeld, adoratie, ...
palabras al azar
Cultivar en holandés - diccionario: español » holandés
Traducciones: gebeuren, bebouwen, toegaan, ophalen, opvoeden, beuren, kas, opfokken, fonds, oprichten, aangroeien, beschaven, fokken, geldkist, heffen, kweken, groeien, telen, te groeien, groeit, laten groeien
Traducciones: gebeuren, bebouwen, toegaan, ophalen, opvoeden, beuren, kas, opfokken, fonds, oprichten, aangroeien, beschaven, fokken, geldkist, heffen, kweken, groeien, telen, te groeien, groeit, laten groeien