Juntar en holandés
traducción: juntar, diccionario: español » holandés
lenguaje fuente:
español
lengua objetivo:
holandés
Traducciones:
verzamelen, vastbinden, samenkomen, opeenstapelen, innen, opstapelen, verbinden, stapelen, bijeenbrengen, vergaderen, aaneenvoegen, assembleren, rapen, toetreden, plukken, inzamelen, te verzamelen, verzamelen van, het verzamelen
Palabras relacionadas
otros Idiomas
Palabras relacionadas: juntar
juntar sinonimos, juntar videos, juntar fotos, juntar pdf, juntar varios pdf en uno, juntar diccionario de idioma holandés, juntar en holandés
Traducciones
- junta en holandés - gelid, lid, algemeen, knoop, gemeenschappelijk, gewricht, geleding, ...
- juntamente en holandés - tezamen, bijeen, samen, ineen, aaneen, tegelijk, bij elkaar, ...
- juntarse en holandés - kornuit, aaneenvoegen, makker, verenigen, vastbinden, toetreden, aansluiten, ...
- junto en holandés - bijna, bij, ineen, aan, komend, welhaast, eerstvolgend, ...
palabras al azar
Juntar en holandés - diccionario: español » holandés
Traducciones: verzamelen, vastbinden, samenkomen, opeenstapelen, innen, opstapelen, verbinden, stapelen, bijeenbrengen, vergaderen, aaneenvoegen, assembleren, rapen, toetreden, plukken, inzamelen, te verzamelen, verzamelen van, het verzamelen
Traducciones: verzamelen, vastbinden, samenkomen, opeenstapelen, innen, opstapelen, verbinden, stapelen, bijeenbrengen, vergaderen, aaneenvoegen, assembleren, rapen, toetreden, plukken, inzamelen, te verzamelen, verzamelen van, het verzamelen