Écho en néerlandais
Traduction: écho, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
inlichten, berichten, echoën, bescheid, verwittigen, exposé, mededelen, naklank, melden, melding, rapport, reportage, naklinken, weerklank, voortzeggen, verslag, echo, van ECHO, de echo
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): écho
définition écho, echo d'école, en écho, faire écho, fait écho, écho dictionnaire de langue néerlandais, écho en néerlandais
Traductions
- échiner en néerlandais - afjakkeren, afmatten, afbeulen, ruggegraat, chine, raat, paraat, ...
- échiquier en néerlandais - schaakbord, schaak bord, chessboard, een schaak bord
- échoir en néerlandais - schemerdonker, herfst, versmachten, schemering, verschieten, val, verscheiden, ...
- échois en néerlandais - aflopen, eindigen, uitraken, verscheiden, ophouden, verlopen, sterven, ...
Mots aléatoires
Écho en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: inlichten, berichten, echoën, bescheid, verwittigen, exposé, mededelen, naklank, melden, melding, rapport, reportage, naklinken, weerklank, voortzeggen, verslag, echo, van ECHO, de echo
Traductions: inlichten, berichten, echoën, bescheid, verwittigen, exposé, mededelen, naklank, melden, melding, rapport, reportage, naklinken, weerklank, voortzeggen, verslag, echo, van ECHO, de echo