Éventail en néerlandais
Traduction: éventail, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
breedte, wijd, wijdte, bereik, kachel, fornuis, baan, aanzetten, groot, breedvoerig, veelomvattend, scope, ventilator, ruim, uitgestrekt, uitgebreid, reeks, gebied, scala, aanbod
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): éventail
eventail, fabriquer éventail, pied en éventail, pieds en éventail, pliage serviette éventail, éventail dictionnaire de langue néerlandais, éventail en néerlandais
Traductions
- éveillé en néerlandais - snedig, levend, vief, vrijpostig, alarmeren, fris, gevat, ...
- évent en néerlandais - kwel, welput, fontein, bron, spuitgat, wak, blaasgat, ...
- éventer en néerlandais - aanzetten, aanwakkeren, aroma, wannen, wijsje, ventilator, reuk, ...
- éventration en néerlandais - opening, bres, breuk, gaping, verbreking, scheuring, scheuren, ...
Mots aléatoires
Éventail en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: breedte, wijd, wijdte, bereik, kachel, fornuis, baan, aanzetten, groot, breedvoerig, veelomvattend, scope, ventilator, ruim, uitgestrekt, uitgebreid, reeks, gebied, scala, aanbod
Traductions: breedte, wijd, wijdte, bereik, kachel, fornuis, baan, aanzetten, groot, breedvoerig, veelomvattend, scope, ventilator, ruim, uitgestrekt, uitgebreid, reeks, gebied, scala, aanbod