Abordage en néerlandais
Traduction: abordage, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
boarding, internaat, internaten, instappen, het inschepen
Autres langues
Mots associés / Définition (def): abordage
abordage antonymes, abordage club, abordage d'une victime, abordage définition, abordage en mer, abordage dictionnaire de langue néerlandais, abordage en néerlandais
Traductions
- aborda en néerlandais - benaderde, benaderd, naderde, benaderden, naderden
- abordable en néerlandais - genaakbaar, disponibel, herbergzaam, redelijk, schel, verstandig, bescheiden, ...
- abordai en néerlandais - aangeklampt, accosted, aangesproken, aansprak, aansprak nadat
- abordant en néerlandais - adressering, aanpakken, het aanpakken, het aanpakken van, aanpakken van
Mots aléatoires
Abordage en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: boarding, internaat, internaten, instappen, het inschepen
Traductions: boarding, internaat, internaten, instappen, het inschepen