Accentuer en néerlandais
Traduction: accentuer, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
onderstrepen, vermeerderen, vergroten, nadruk, accent, strekken, accentueren, verergeren, versterken, beklemtonen, karaktertrek, aandikken, rekken, verhogen, spanning, benadrukken, te accentueren, te benadrukken, accentueren van
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): accentuer
accentuer antonymes, accentuer conjugaison, accentuer couleur photoshop, accentuer en anglais, accentuer espagnol, accentuer dictionnaire de langue néerlandais, accentuer en néerlandais
Traductions
- accentuelle en néerlandais - accentual
- accentuent en néerlandais - benadrukken, accentueren, te accentueren, te benadrukken, accentueren van
- accentuez en néerlandais - benadrukken, accent, nadruk, accenten, accentverlichting, klemtoon
- accentuons en néerlandais - benadrukken, zijn, bent, is, worden, hebben
Mots aléatoires
Accentuer en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: onderstrepen, vermeerderen, vergroten, nadruk, accent, strekken, accentueren, verergeren, versterken, beklemtonen, karaktertrek, aandikken, rekken, verhogen, spanning, benadrukken, te accentueren, te benadrukken, accentueren van
Traductions: onderstrepen, vermeerderen, vergroten, nadruk, accent, strekken, accentueren, verergeren, versterken, beklemtonen, karaktertrek, aandikken, rekken, verhogen, spanning, benadrukken, te accentueren, te benadrukken, accentueren van