Adventice en néerlandais

Traduction: adventice, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
kans, eventueel, tref, plat, ordinair, dolen, ver, zwerven, geluk, toevallig, gewoon, dwalen, incident, gebeurtenis, vulgair, gebeurlijk, onvoorziene, onvoorzien, toevallige, adventieve
Adventice en néerlandais
Mots associés
Autres langues

Mots associés / Définition (def): adventice

adventice anatomie, adventice antonymes, adventice colza, adventice def, adventice définition, adventice dictionnaire de langue néerlandais, adventice en néerlandais

Traductions

  • adulés en néerlandais - bewierookt, bewierrookt, die bewierrookt, die bewierrookt wordt, bewierrookt wordt
  • advenir en néerlandais - gebeuren, toegaan, gebeurt, toevallig, voorkomen, overkomen
  • advenu en néerlandais - gebeurd, gebeurde, gebeurd is, er gebeurd, is gebeurd
  • advenue en néerlandais - overkomen, wedervaren, befallen, getroffen, is overkomen
Mots aléatoires
Adventice en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: kans, eventueel, tref, plat, ordinair, dolen, ver, zwerven, geluk, toevallig, gewoon, dwalen, incident, gebeurtenis, vulgair, gebeurlijk, onvoorziene, onvoorzien, toevallige, adventieve