Affûtez en néerlandais
Traduction: affûtez, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
wetten, aanzetten, slijpen, verhevigen, scherpen, verscherpen, te scherpen, te verscherpen
Autres langues
Mots associés / Définition (def): affûtez
affûtez antonymes, affûtez grammaire, affûtez mots croisés, affûtez signification, affûtez synonyme, affûtez dictionnaire de langue néerlandais, affûtez en néerlandais
Traductions
- affûtent en néerlandais - wetten, aanzetten, slijpen, verhevigen, scherpen, verscherpen, te scherpen, ...
- affûter en néerlandais - oog, item, schare, wijzen, set, spikkel, groep, ...
- affûtons en néerlandais - verhevigen, slijpen, wetten, aanzetten, scherpen, verscherpen, te scherpen, ...
Mots aléatoires
Affûtez en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: wetten, aanzetten, slijpen, verhevigen, scherpen, verscherpen, te scherpen, te verscherpen
Traductions: wetten, aanzetten, slijpen, verhevigen, scherpen, verscherpen, te scherpen, te verscherpen