Affranchissement en néerlandais
Traduction: affranchissement, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
bevrijden, ontslag, afschrijving, afhelpen, tappen, amortisatie, verlossen, aflossing, loslaten, bevrijding, lossen, uitlaten, port, porto, frankering, verzendkosten, postzegels
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): affranchissement
affranchissement 2013, affranchissement 2014, affranchissement 50g, affranchissement antonymes, affranchissement colis, affranchissement dictionnaire de langue néerlandais, affranchissement en néerlandais
Traductions
- affranchis en néerlandais - loslaten, bevrijden, afhelpen, verlossen, bevrijd, bevrijdde, vrijgemaakt, ...
- affranchissant en néerlandais - bevrijden, bevrijdend, bevrijding, vrijlaten, vrijmaken
- affranchissent en néerlandais - afhelpen, verlossen, bevrijden, loslaten, bevrijd, bevrijdde, vrijgemaakt, ...
- affranchisseur en néerlandais - manumitter
Mots aléatoires
Affranchissement en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: bevrijden, ontslag, afschrijving, afhelpen, tappen, amortisatie, verlossen, aflossing, loslaten, bevrijding, lossen, uitlaten, port, porto, frankering, verzendkosten, postzegels
Traductions: bevrijden, ontslag, afschrijving, afhelpen, tappen, amortisatie, verlossen, aflossing, loslaten, bevrijding, lossen, uitlaten, port, porto, frankering, verzendkosten, postzegels