Allumer en néerlandais

Traduction: allumer, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
uitdagen, aandraaien, licht, vuur, vlam, ontslaan, ijver, veroorzaken, gard, schijn, ambitie, aanbranden, vuren, roede, vervanging, vuurzee, aanzetten, schakelen, inschakelen, zetten, zet
Allumer en néerlandais
Mots associés
Autres langues

Mots associés / Définition (def): allumer

allumer antonymes, allumer barbecue, allumer barbecue weber, allumer blackberry, allumer en anglais, allumer dictionnaire de langue néerlandais, allumer en néerlandais

Traductions

  • allume-feu en néerlandais - lichter, aansteker, lichtere, lichte, lichter is
  • allument en néerlandais - verlichten, aansteken, licht, ontsteken, aansteker, helderheid, schijn, ...
  • allumette en néerlandais - lucifer, wedstrijd, echtpaar, match, koppel, duo, tweetal, ...
  • allumeur en néerlandais - lont, kousje, lichter, aansteker, lichtere, Lighter, lichte
Mots aléatoires
Allumer en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: uitdagen, aandraaien, licht, vuur, vlam, ontslaan, ijver, veroorzaken, gard, schijn, ambitie, aanbranden, vuren, roede, vervanging, vuurzee, aanzetten, schakelen, inschakelen, zetten, zet