Aménagent en néerlandais
Traduction: aménagent, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
bereiden, aanmaken, klaarmaken, voorbereiden, zal, zullen, wordt, moet, moeten
Autres langues
Mots associés / Définition (def): aménagent
aménagement du territoire, aménagent antonymes, aménagent grammaire, aménagent mots croisés, aménagent signification, aménagent dictionnaire de langue néerlandais, aménagent en néerlandais
Traductions
- aménagement en néerlandais - hulpmiddelen, accommodatie, zetting, bewerking, behoorlijk, uitrusting, aanpassing, ...
- aménagements en néerlandais - uitrusting, inrichting, faciliteiten, voorzieningen, installaties
- aménageons en néerlandais - bereiden, aanmaken, voorbereiden, klaarmaken
- aménager en néerlandais - verordenen, ordelijk, samenstellen, voegen, voorbereiden, regelen, gesticht, ...
Mots aléatoires
Aménagent en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: bereiden, aanmaken, klaarmaken, voorbereiden, zal, zullen, wordt, moet, moeten
Traductions: bereiden, aanmaken, klaarmaken, voorbereiden, zal, zullen, wordt, moet, moeten