Apporta en néerlandais
Traduction: apporta, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
bracht, gebracht, brachten, ingesteld, gesteld
Autres langues
Mots associés / Définition (def): apporta
aporta mexico, apporta 2013, apporta antonymes, apporta grammaire, apporta monterrey, apporta dictionnaire de langue néerlandais, apporta en néerlandais
Traductions
- appointés en néerlandais - bezoldigd, loondienst, in loondienst, bezoldigde, betaalde
- apport en néerlandais - provisie, spekken, bezorging, afzetting, stuk, verhandeling, afleveren, ...
- apportai en néerlandais - bracht het, brachten het, bracht hem, bracht, brachten ze
- apportant en néerlandais - brengen, het brengen, het brengen van, brengen van, waardoor
Mots aléatoires
Apporta en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: bracht, gebracht, brachten, ingesteld, gesteld
Traductions: bracht, gebracht, brachten, ingesteld, gesteld