Arborez en néerlandais

Traduction: arborez, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
verhogen, opdrijven, kweken, beuren, bouwen, oprichten, ophogen, telen, heffen, optillen, opkweken, tillen, opleiden, opslaan, opvoeden, dresseren, door, By, Bij, Met, door het
Arborez en néerlandais
Mots associés
Autres langues

Mots associés / Définition (def): arborez

arborer définition, arborez antonymes, arborez d.o.o, arborez grammaire, arborez mots croisés, arborez dictionnaire de langue néerlandais, arborez en néerlandais

Traductions

  • arborent en néerlandais - beuren, opleiden, verhogen, kweken, optillen, ophalen, fokken, ...
  • arborer en néerlandais - kledingstuk, voeren, dragen, hijsen, ophebben, oprichten, stichten, ...
  • arborons en néerlandais - opdrijven, heffen, opkweken, opleiden, fokken, tillen, kweken, ...
Mots aléatoires
Arborez en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: verhogen, opdrijven, kweken, beuren, bouwen, oprichten, ophogen, telen, heffen, optillen, opkweken, tillen, opleiden, opslaan, opvoeden, dresseren, door, By, Bij, Met, door het