Assiduité en néerlandais
Traduction: assiduité, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
bestendig, ambitie, vlijt, begerigheid, standvastig, begeerte, gestadig, toepassing, lief, graagte, constant, moed, gestaag, stabiel, vuur, aanwending, opkomst, aanwezigheid, presentielijst, deelname, aanwezig
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): assiduité
assidu, assiduité antonymes, assiduité au travail, assiduité bourse, assiduité des députés, assiduité dictionnaire de langue néerlandais, assiduité en néerlandais
Traductions
- assidu en néerlandais - dringend, warm, begerig, arbeidzaam, wakker, persen, gloeiend, ...
- assidue en néerlandais - volhardend, ijverig, onverdroten, vlijtig, ijverige
- assidûment en néerlandais - naarstig, nijver, ijverig, arbeidzaam, vlijtig, werkzaam, bezet, ...
- assied en néerlandais - zit, ligt, bevindt zich, bevindt, zitten
Mots aléatoires
Assiduité en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: bestendig, ambitie, vlijt, begerigheid, standvastig, begeerte, gestadig, toepassing, lief, graagte, constant, moed, gestaag, stabiel, vuur, aanwending, opkomst, aanwezigheid, presentielijst, deelname, aanwezig
Traductions: bestendig, ambitie, vlijt, begerigheid, standvastig, begeerte, gestadig, toepassing, lief, graagte, constant, moed, gestaag, stabiel, vuur, aanwending, opkomst, aanwezigheid, presentielijst, deelname, aanwezig