Assistant en néerlandais
Traduction: assistant, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
bekommernis, helpen, toedoen, altaardienaar, aanhanger, dochteronderneming, bijbehorend, zorgvuldigheid, assistentie, hulp, adjunct, assisteren, bijstand, assistent, secundair, bijkomstig, medewerker, assistente
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): assistant
assistant administratif, assistant antonymes, assistant commercial, assistant comptable, assistant d'éducation, assistant dictionnaire de langue néerlandais, assistant en néerlandais
Traductions
- assistai en néerlandais - aanwezig was, was aanwezig
- assistance en néerlandais - administreren, bedienen, voedsel, beheren, leven, assistentie, helpen, ...
- assiste en néerlandais - assists, assisteert, helpt, Assistenties, voorzetten
- assistent en néerlandais - baten, assistentie, hulp, helpen, helper, bijstand, bijstaan, ...
Mots aléatoires
Assistant en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: bekommernis, helpen, toedoen, altaardienaar, aanhanger, dochteronderneming, bijbehorend, zorgvuldigheid, assistentie, hulp, adjunct, assisteren, bijstand, assistent, secundair, bijkomstig, medewerker, assistente
Traductions: bekommernis, helpen, toedoen, altaardienaar, aanhanger, dochteronderneming, bijbehorend, zorgvuldigheid, assistentie, hulp, adjunct, assisteren, bijstand, assistent, secundair, bijkomstig, medewerker, assistente