Auditeur en néerlandais
Traduction: auditeur, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
toehoorder, luisteraar, revisor, hoorder, inspecteur, listener, luisteren, de luisteraar
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): auditeur
audit, audit interne, auditeur antonymes, auditeur de justice, auditeur définition, auditeur dictionnaire de langue néerlandais, auditeur en néerlandais
Traductions
- audio-visuel en néerlandais - audiovisuele, audiovisueel, de audiovisuele, van audiovisuele
- audit en néerlandais - doorlichting, controleren, aflezen, checken, controle, accountantscontrole, onderzoek
- auditif en néerlandais - gehoor-, auditorium, auditieve, auditief, gehoor
- audition en néerlandais - uitzenden, aanhoren, toehoren, oor, omroepen, beluisteren, gehoor, ...
Mots aléatoires
Auditeur en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: toehoorder, luisteraar, revisor, hoorder, inspecteur, listener, luisteren, de luisteraar
Traductions: toehoorder, luisteraar, revisor, hoorder, inspecteur, listener, luisteren, de luisteraar