Avaliser en néerlandais

Traduction: avaliser, Dictionnaire: français » néerlandais

Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
toeverlaat, leuning, baten, aansporen, voeding, verder, ophouden, ondersteunen, dragen, wenden, achterzijde, stut, terug, ommezijde, assistentie, leven, onderschrijven, steunen, keuren, bekrachtigen, instemmen
Avaliser en néerlandais
Mots associés
Autres langues

Mots associés / Définition (def): avaliser

avaliser antonymes, avaliser conjugaison, avaliser dictionnaire, avaliser définition, avaliser définition wikipédia, avaliser dictionnaire de langue néerlandais, avaliser en néerlandais

Traductions

  • avalise en néerlandais - ruggen, backs, rug, de rug, back
  • avalisent en néerlandais - wenden, endosseren, gireren, onderschrijven, steunen, keuren, bekrachtigen, ...
  • avalisez en néerlandais - wenden, endosseren, gireren
  • avalisons en néerlandais - endosseren, wenden, gireren, onderschrijven, steunen, keuren, bekrachtigen, ...
Mots aléatoires
Avaliser en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: toeverlaat, leuning, baten, aansporen, voeding, verder, ophouden, ondersteunen, dragen, wenden, achterzijde, stut, terug, ommezijde, assistentie, leven, onderschrijven, steunen, keuren, bekrachtigen, instemmen