Bénissent en néerlandais
Traduction: bénissent, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
wijden, inzegenen, zegenen, zegen, Bless, zegene, zegent
Autres langues
Mots associés / Définition (def): bénissent
bénissent antonymes, bénissent grammaire, bénissent mots croisés, bénissent signification, bénissent synonyme, bénissent dictionnaire de langue néerlandais, bénissent en néerlandais
Traductions
- bénis en néerlandais - zegenen, inzegenen, wijden, gezegend, zalig, gezegende, zalige, ...
- bénissant en néerlandais - zegen, goedkeuring, fiat, bijval, weldaad, zegening, zegen te, ...
- bénissez en néerlandais - wijden, inzegenen, zegenen, zegen, zegene, zegent, te zegenen
- bénissons en néerlandais - wijden, zegenen, inzegenen, zegen, zegene, zegent, te zegenen
Mots aléatoires
Bénissent en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: wijden, inzegenen, zegenen, zegen, Bless, zegene, zegent
Traductions: wijden, inzegenen, zegenen, zegen, Bless, zegene, zegent