Boutonner en néerlandais
Traduction: boutonner, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
spruiten, drukknop, aandraaien, botten, bevestigen, dichtknopen, vastmaken, bepalen, vastleggen, fixeren, uitbotten, knop, knoop, vaststellen, toets, button
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): boutonner
boutonner antonymes, boutonner costume, boutonner grammaire, boutonner lundi avec mardi, boutonner mots croisés, boutonner dictionnaire de langue néerlandais, boutonner en néerlandais
Traductions
- bouton-d'or en néerlandais - boterbloem, Buttercup, boterbloemenfamilie, boterbloemen, van de Boterbloem
- bouton-pression en néerlandais - breuk, beet, knip, snap, handomdraai
- boutonneux en néerlandais - gevlekt, spotty, onregelmatig, vlekkerige, slordig
- boutonnière en néerlandais - knoopsgat, knoopsgaten, knoopsgathendel, het knoopsgat, knoopsgat te
Mots aléatoires
Boutonner en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: spruiten, drukknop, aandraaien, botten, bevestigen, dichtknopen, vastmaken, bepalen, vastleggen, fixeren, uitbotten, knop, knoop, vaststellen, toets, button
Traductions: spruiten, drukknop, aandraaien, botten, bevestigen, dichtknopen, vastmaken, bepalen, vastleggen, fixeren, uitbotten, knop, knoop, vaststellen, toets, button