Bref en néerlandais
Traduction: bref, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
klein, gering, weldra, dra, bruusk, kernachtig, kort, beetje, min, haast, binnenkort, kortstondig, summier, welhaast, alras, spoedig, korte, op korte, Kortom, de korte
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): bref
bref antonymes, bref canal, bref canal +, bref canal plus, bref canal+, bref dictionnaire de langue néerlandais, bref en néerlandais
Traductions
- bredouille en néerlandais - met lege handen, lege handen, lege handen naar, met lege handen naar
- bredouiller en néerlandais - aarzeling, stamelen, stotteren, hakkelen, mompelen, gemompel, Mumble, ...
- bretagne en néerlandais - Bretagne, Brittany, in bretagne, van Bretagne
- bretelle en néerlandais - riem, slinger, sling, tilband, strop, draagdoek
Mots aléatoires
Bref en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: klein, gering, weldra, dra, bruusk, kernachtig, kort, beetje, min, haast, binnenkort, kortstondig, summier, welhaast, alras, spoedig, korte, op korte, Kortom, de korte
Traductions: klein, gering, weldra, dra, bruusk, kernachtig, kort, beetje, min, haast, binnenkort, kortstondig, summier, welhaast, alras, spoedig, korte, op korte, Kortom, de korte