Butée en néerlandais
Traduction: butée, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
opheffen, afsluiten, station, stelpen, afbreken, halte, stopplaats, stoppen, aanhouden, aflaten, afzetten, statie, pleisterplaats, staken, logeren, stopzetten, teen, toe, neus, tenen, de teen
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): butée
butée amortisseur, butée antonymes, butée caoutchouc, butée d'embrayage, butée de portail, butée dictionnaire de langue néerlandais, butée en néerlandais
Traductions
- butte en néerlandais - beklimming, menigte, vergroting, stapel, neus, schelf, kroon, ...
- buté en néerlandais - koppig, hardnekkig, hardnekkige, koppige, eigenwijs
- buvable en néerlandais - drinkbaar, drinkbare, drinkwater, drinkbaar is, te drinken
- buvant en néerlandais - drinken, het drinken, drinkende, drinkwater, drink
Mots aléatoires
Butée en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: opheffen, afsluiten, station, stelpen, afbreken, halte, stopplaats, stoppen, aanhouden, aflaten, afzetten, statie, pleisterplaats, staken, logeren, stopzetten, teen, toe, neus, tenen, de teen
Traductions: opheffen, afsluiten, station, stelpen, afbreken, halte, stopplaats, stoppen, aanhouden, aflaten, afzetten, statie, pleisterplaats, staken, logeren, stopzetten, teen, toe, neus, tenen, de teen