Connaître en néerlandais
Traduction: connaître, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
kleding, bijeenkomen, toilet, kont, bips, aantreffen, inblikken, tegenkomen, leren, samenkomen, kennen, aanleren, vergaderen, ontmoeten, zitvlak, achterste, weten, weet, jij, kent
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): connaître
comment connaître, connaître adresse ip, connaître antonymes, connaître conjugaison, connaître connaitre, connaître dictionnaire de langue néerlandais, connaître en néerlandais
Traductions
- connaissons en néerlandais - kennen, weten, weet, jij, kent
- connaît en néerlandais - weet, kent, weet dat, weten, weet het
- connecta en néerlandais - Connecta, Connecta is
Mots aléatoires
Connaître en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: kleding, bijeenkomen, toilet, kont, bips, aantreffen, inblikken, tegenkomen, leren, samenkomen, kennen, aanleren, vergaderen, ontmoeten, zitvlak, achterste, weten, weet, jij, kent
Traductions: kleding, bijeenkomen, toilet, kont, bips, aantreffen, inblikken, tegenkomen, leren, samenkomen, kennen, aanleren, vergaderen, ontmoeten, zitvlak, achterste, weten, weet, jij, kent