Contrôlent en néerlandais
Traduction: contrôlent, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
controleren, besturen, beheersen, heerschappij, leiden, toezicht, controle, regelen, bewind, regeren, beheren, bestuur, control, de controle, besturing
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): contrôlent
contrôlent antonymes, contrôlent grammaire, contrôlent mots croisés, contrôlent signification, contrôlent synonyme, contrôlent dictionnaire de langue néerlandais, contrôlent en néerlandais
Traductions
- contrôle en néerlandais - keer, schoolexamen, verloop, toezicht, beheersen, bedwingen, kentering, ...
- contrôler en néerlandais - proberen, heerschappij, beheren, betomen, leiden, beteugelen, visiteren, ...
- contrôleur en néerlandais - hoeder, supervisor, wachter, controleur, inspecteur, wacht, bewaren, ...
Mots aléatoires
Contrôlent en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: controleren, besturen, beheersen, heerschappij, leiden, toezicht, controle, regelen, bewind, regeren, beheren, bestuur, control, de controle, besturing
Traductions: controleren, besturen, beheersen, heerschappij, leiden, toezicht, controle, regelen, bewind, regeren, beheren, bestuur, control, de controle, besturing