Coopérer en néerlandais
Traduction: coopérer, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
meewerken, samenwerken, werken, medewerking, samen
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): coopérer
coopérer antonymes, coopérer avec les partenaires de l'école, coopérer collaborer, coopérer conjugaison, coopérer en maternelle, coopérer dictionnaire de langue néerlandais, coopérer en néerlandais
Traductions
- coopération en néerlandais - overeenstemming, samenwerking, medewerking, akkoord, overeenkomst, de samenwerking
- coopérative en néerlandais - coöperatieve, coöperatie, coöperatief, samenwerking, samenwerkingsactiviteiten
- coopérez en néerlandais - meewerken, samenwerken, werken, medewerking, samen
- coopérons en néerlandais - meewerken, samenwerken, werken, medewerking, samen
Mots aléatoires
Coopérer en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: meewerken, samenwerken, werken, medewerking, samen
Traductions: meewerken, samenwerken, werken, medewerking, samen