Courber en néerlandais
Traduction: courber, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
neerdaling, boog, schavuit, kromme, plooi, overhellen, vouwen, neigen, ronddraaien, dichtdoen, afnemen, twijnen, foefje, spang, afdaling, ploert, bocht, buigen, kromming, Bend, buig
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): courber
courber antonymes, courber grammaire, courber l'échine, courber le dos, courber le front, courber dictionnaire de langue néerlandais, courber en néerlandais
Traductions
- courbement en néerlandais - overkoepelende, welving, overspannen, overspannende, overhangend
- courbent en néerlandais - bukken, doorbuigen, kromme, buigen, curve, ombuigen, verbuigen, ...
- courbette en néerlandais - buigend, buigen, buigende, buiging, buigt
- courbez en néerlandais - krombuigen, buigen, bukken, bocht, doorbuigen, ombuigen, kromme, ...
Mots aléatoires
Courber en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: neerdaling, boog, schavuit, kromme, plooi, overhellen, vouwen, neigen, ronddraaien, dichtdoen, afnemen, twijnen, foefje, spang, afdaling, ploert, bocht, buigen, kromming, Bend, buig
Traductions: neerdaling, boog, schavuit, kromme, plooi, overhellen, vouwen, neigen, ronddraaien, dichtdoen, afnemen, twijnen, foefje, spang, afdaling, ploert, bocht, buigen, kromming, Bend, buig