Départant en néerlandais
Traduction: départant, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
afstoten, desinvesteren, afstoten van, het afstoten, het afstoten van
Autres langues
Mots associés / Définition (def): départant
départant antonymes, départant grammaire, départant mots croisés, départant signification, départant synonyme, départant dictionnaire de langue néerlandais, départant en néerlandais
Traductions
- déparer en néerlandais - ontsierende, beschadigende, ontsieren, anderszins ontsieren
- départ en néerlandais - afvaart, beginnen, fiat, ontstaan, activeren, aanzetten, afscheid, ...
- département en néerlandais - kantoor, detachement, legerafdeling, kant, band, baan, sectie, ...
- départemental en néerlandais - departementale, departementaal, afdelingsniveau, afdelingen, afdeling
Mots aléatoires
Départant en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: afstoten, desinvesteren, afstoten van, het afstoten, het afstoten van
Traductions: afstoten, desinvesteren, afstoten van, het afstoten, het afstoten van