Distinguer en néerlandais
Traduction: distinguer, Dictionnaire: français » néerlandais
Langue de départ:
français
Langue d'arrivée:
néerlandais
Traductions:
splitsen, afzonderlijk, delen, merken, ontdekken, herkennen, onderkennen, verdelen, sein, afscheiden, erkennen, tekenen, zegel, voorteken, afzonderen, schiften, onderscheiden, onderscheid, te onderscheiden, onderscheid te maken, onderscheid maken
Mots associés
Autres langues
Mots associés / Définition (def): distinguer
distinguer antonymes, distinguer conjugaison, distinguer definition, distinguer définition, distinguer en anglais, distinguer dictionnaire de langue néerlandais, distinguer en néerlandais
Traductions
- distingue en néerlandais - gedistingeerd, voornaam, onderscheiden, voorname, onderscheidt
- distinguent en néerlandais - onderscheiden, onderkennen, gedistingeerd, voornaam, voorname, onderscheidt
- distinguez en néerlandais - onderkennen, onderscheiden, onderscheid, te onderscheiden, onderscheid te maken, onderscheid maken
- distinguons en néerlandais - onderkennen, onderscheiden, onderscheid, te onderscheiden, onderscheid te maken, onderscheid maken
Mots aléatoires
Distinguer en néerlandais - Dictionnaire: français » néerlandais
Traductions: splitsen, afzonderlijk, delen, merken, ontdekken, herkennen, onderkennen, verdelen, sein, afscheiden, erkennen, tekenen, zegel, voorteken, afzonderen, schiften, onderscheiden, onderscheid, te onderscheiden, onderscheid te maken, onderscheid maken
Traductions: splitsen, afzonderlijk, delen, merken, ontdekken, herkennen, onderkennen, verdelen, sein, afscheiden, erkennen, tekenen, zegel, voorteken, afzonderen, schiften, onderscheiden, onderscheid, te onderscheiden, onderscheid te maken, onderscheid maken